Haïti: Honderden vrouwen en kinderen ontvoerd als pasmunt bij bendegeweld

Het rapport van het VN-kinderfonds spreekt van bijna 300 gevallen van kidnapping van vrouwen en/of kinderen in de eerste helft van 2023. Dit komt bijna overeen met het totaal van het hele voorgaande jaar en is haast een verdrievoudiging ten opzichte van 2021.

Gewapende groepen ontvoeren vrouwen en kinderen en buiten hen uit voor financieel of strategisch gewin, bijvoorbeeld om een concurrerend bendelid te chanteren. Degenen die erin slagen om naar huis terug te keren, worstelen met blijvende fysieke en emotionele littekens.

De verhalen die Unicef-regiodirecteur Garry Conille te horen krijgt van zijn mensen op het terrein zijn “schokkend en onaanvaardbaar”, aldus de VN-functionaris. “Vrouwen en kinderen zijn geen handelswaar. Ze zijn geen inzet voor onderhandelingen. En ze mogen nooit worden blootgesteld aan zulk onvoorstelbaar geweld. De stijgende trend van ontvoeringen is uiterst zorgwekkend en bedreigt zowel de bevolking van Haïti als aanwezige hulpverleners.”

Machtsvacuüm

Op 7 juli was het exact twee jaar geleden dat de Haïtiaanse president Jovenel Moïse in zijn woning werd doodgeschoten door een groep gewapende mannen. Het machtsvacuüm dat na zijn dood ontstond, heeft volgens onderzoekscentrum International Crisis Group geleid tot het meest extreme geweld in de recente geschiedenis van het land. 

De situatie is nijpend: naar schatting 5,2 miljoen mensen, bijna de helft van de bevolking, heeft dringend humanitaire hulp nodig, onder hen bijna drie miljoen kinderen. Naast de ontvoering van vrouwen en kinderen, viseren de gewapende groepen ook de lokale gezondheidszorg en scholen, waardoor burgers worden blootgesteld aan een niet aflatende terreur.

Toenemend geweld, plunderingen, wegafsluitingen en de alomtegenwoordigheid van gewapende bendes vormen een ernstige belemmering voor de hulpverlening, waardoor veel mensen aan hun lot zijn overgelaten.

“Ik was eerder al getuige van de opmerkelijke veerkracht van Haïtiaanse kinderen, vrouwen en gezinnen die schijnbaar onoverkomelijke uitdagingen het hoofd bieden en weigeren op te geven”, zegt Conille. “Maar hun moed stuit op toenemende, ondenkbare terreur. Daar moet nu een einde aan komen.”