Meeste inwoners van Keniaanse provincie ziek door dubbele epidemie

Mandera, de uitgestrekte noordoostelijke provincie van Kenia, wordt geteisterd door een dubbele epidemie. De helft van de bevolking vertoont tekenen van een besmetting met het chikungunya-virus, en sinds april werden er 1103 gevallen van cholera gerapporteerd, waaronder 16 doden, 3 van hen kinderen.

Schaarse gezondheidswerkers zelf ziek

Cholera is een ziekte die acute diarree veroorzaakt en al na enkele uren tot de dood kan leiden als er niet snel wordt behandeld.

Chikungunya is een virus dat meestal wordt verspreid door muggen: de Aedes aegypti en de Aedes albopictus. Dit zijn dezelfde muggen die dengue, gele koorts en zika overbrengen op de mens. De symptomen zijn onder meer hoge koorts, gewrichtspijn, huiduitslag en hoofdpijn. Er is geen vaccin of geneesmiddel tegen het chikungunya-virus.

Er worden nu al zeventien maanden gevallen van cholera geregistreerd in Kenia. De recente gevallen in Mandera vergen echter speciale aandacht. De regio heeft slechts één gezondheidswerker per tweeduizend inwoners en de helft van de bevolking heeft geen toegang tot schoon water.

De epidemie is momenteel zo omvangrijk dat de helft van de gezondheidswerkers zelf ziek is door een besmetting met chikungunya.

Een op acht ziek

Bijna 80 procent van de inwoners van Mandera heeft in meerdere of mindere mate last van de epidemie, wat de al kwetsbare bevolking in deze regio nog meer onder druk zet.

Ook de gouverneur van Mandera, Ali Roba, werd het slachtoffer van chikungunya. Hij getuigde van “ondraaglijke pijnen in de gewrichten, die bijna een week lang aanhielden.”

De recente, ernstiger uitbraak van cholera komt wellicht doordat de schaarse gezondheidswerkers helemaal in beslag genomen waren door de chikungunya-uitbraak. Daardoor kon men niet snel en efficiënt reageren op een nieuwe epidemie.

Uitbreiding naar buurlanden

Terwijl chikungunya vooral pijnlijk maar zelden fataal is, is cholera veel vaker dodelijk, en dat is verontrustend gezien het gebrek aan schoon water, communicatiemiddelen en gezondheidsinstellingen waar diagnoses kunnen worden gemaakt of patiënten eventueel in isolatie kunnen worden gezet.

Er heerst momenteel dan ook grote angst dat de epidemie zich zal uitbreiden naar andere regio’s of nabijgelegen provincies.

Vrijdag werd Mandera-Stad, het epicentrum van de epidemie, bezocht door medewerkers van Unicef, de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), afgevaardigden van de Verenigde Naties, het Rode Kruis en Artsen zonder Grenzen, samen met ambtenaren van de regering.

Naar verluidt is chikungunya overgebracht door geïnfecteerde reizigers die vanuit Somalië de grens overstaken. Het team bekeek daarom wat er grensoverschrijdend kan gedaan worden met gezondheidsinstellingen in de buurlanden Somalië en Ethiopië.

“De dubbele uitbraak van chikungunya en cholera vormt niet alleen een risico voor heel Kenia maar ook voor de grensgebieden in de buurlanden”, zei arts Cleopa Mailu, die deel uitmaakte van de delegatie die Mandera bezocht.