“Stille ramp” dreigt voor honderdduizend vluchtelingen in Oeganda

Alleen al dit jaar zijn 96.000 vluchtelingen aangekomen, vooral in Kisoro, in het zuidwesten van Oeganda. Vooral vrouwen en kinderen worden er geconfronteerd met ondermaatse en overvolle omstandigheden, die hen blootstellen aan risico’s als gendergerelateerd geweld.

En door het geweld in Zuid-Soedan en de Democratische Republiek Congo (DRC) blijven de aantallen toenemen. Oeganda land telt nu al 1,5 miljoen vluchtelingen en is daarmee een van de belangrijkste opvanglanden in Afrika.

Integratie

Het land is wereldwijd pionier wat betreft de integratie van vluchtelingen in gastgemeenschappen. Zo krijgen ze een perceel om zich te vestigen en gewassen te telen. Ze krijgen ook toegang tot dezelfde gezondheidsfaciliteiten als de gastgemeenschap en hun kinderen gaan samen naar school.

Maar nu de aantallen blijven groeien, dreigen belangrijke winsten op het gebied van zelfredzaamheid en economische integratie in het gedrang te komen, waarschuwt de Vluchtelingenorganisatie van de VN (UNHCR). Bovendien zit de organisatie krap bij kas: 38 procent van haar financieringsbehoefte is voor projecten in Oeganda. Daardoor wordt het voor de UNHCR en een veertigtal partnerorganisaties moeilijk om elementaire hulp, landbouwsteun en onderwijs te kunnen garanderen aan 150.000 vluchtelingen.

“Kinderen, vooral meisjes, lopen een groot risico om voortijdig van school te gaan, aangezien UNHCR de salarissen van leraren niet kan betalen en de al overvolle klaslokalen nog groter zullen worden,” zegt Matthew Crentsil, vertegenwoordiger van de UNHCR in Oeganda. Door een gebrek aan medicijnen dreigt ook de vooruitgang bij het terugdringen van kinder- en moedersterfte in het gedrang te komen, en kan de ondervoeding bij zuigelingen weer toenemen.