Voedselhulp bereikt Noord-Korea

Vier maanden geleden ondertekende de regering in Pyonyang een akkoord met het Wereldvoedselprogramma (WFP) om de hongersnood te bestrijden. Het WFP mag nu de voedsellevering monitoren naar 107 van de 208 provincies. Medewerkers aan het programma hoeven slechts 24 uur van tevoren toestemming vragen om een nieuw gebied te bezoeken, mogen internetverbindingen maken met hulpkonvooien en er worden visa verstrekt aan personen die het Koreaans machtig zijn, los van de vraag uit welk land ze komen. Op deze manier kan het voedsel dat in de haven van Nampo aankomt, terechtkomen bij wie het het hardst nodig heeft.

''Ons personeel heeft nu toegang tot de hele leveringsketen: de haven, het magazijn, de vrachtwagens en de eindbestemming in scholen, ziekenhuizen en weeshuizen", vertelt Marcus Prior, woordvoerder van het Wereldvoedselprogramma in Azië. In maart van dit jaar berekende het Wereldvoedselprogramma dat er ongeveer 430.000 ton voedsel nodig was om zes miljoen hongerige Noord-Koreanen te helpen.

De crisis in Noord-Korea is echter al sinds januari aan de gang. De voedseltekorten zijn het gevolg van slechte weersomstandigheden. Aan het einde van vorige zomer werd 20 procent van de landbouwgebieden geteisterd door hevige regenval. Het grootste deel van de gewassen werd vernietigd. Een strenge winter zorgde er daarna voor dat de voorraden gerst en tarwe bevroren en dat een groot deel van het opgeslagen aardappelzaad verloren ging.

Weinig hulp van buren en bondgenoten

Zuid-Korea reageerde nauwelijks op de voedselcrisis bij haar noorderbuur. Het land heeft al sinds 2008 alle leveringen van rijst aan Noord-Korea stopgezet. De regering van president Lee Myung-bak houdt het been stijf als reactie op de plannen van Noord-Korea om haar nucleair arsenaal uit te breiden. De bilaterale relaties bereikten een dieptepunt nadat vorig jaar vijftig  Zuid-Koreanen werden gedood tijdens twee aanvallen van Noord-Korea. De regering in Seoul zal haar buur slechts ter hulp schieten in ruil voor nucleaire ontwapening.

Ook China, traditioneel een sterke bondgenoot van Noord-Korea, heeft niet gereageerd op de oproep van Kim Jong-il. Tijdens een bezoek aan Beijing vroeg de Noord-Koreaanse dictator de Chinese regering om een half miljoen ton graan. ''Hij is al driemaal naar Beijing afgereisd, maar Beijing is nauwelijks ingesprongen nadat Zuid-Korea de voedselhulp stopzette'', aldus een Aziatische diplomatieke bron. De Europese Unie besloot begin deze maand voor 10 miljoen euro aan voedselhulp naar Noord-Korea te sturen. Deze hulp wordt verstrekt via het Wereldvoedselprogramma.