Amerikaanse alligators hebben verhoogde concentraties voor veertien verschillende PFAS-chemicaliën in hun bloedserum. Uit onderzoek blijkt dat hun immuunsysteem daardoor ernstig verstoord is.
De uitbreiding van het Zwin loont, blijkt uit monitoring van Vlaamse en Nederlandse natuurexperten. Verschillende vis- en vogelsoorten hebben zich dankzij het natuurbeheer in de Zwinvlakte kunnen vestigen. Ornithologen spreken van een waar vogelparadijs.
In Noordwest-Europa en delen van India en China ligt het stikstofverbruik te hoog. Maar in Afrika en Zuid-Amerika is er nog ruimte voor een hoger stikstofgebruik, stelt Nederlands onderzoek in Nature.
In haar planning voor het komende jaar vermeldt de Europese Commissie geen exportverbod voor schadelijke pesticiden, nochtans een beloofde maatregel sinds 2020. Waarnemers vrezen dat het verbod op de lange baan wordt geschoven onder druk van de lobby van de agrochemische industrie.
De organisatie die milieuvriendelijke houtproducten certificeert, zal nu ook houtkapbedrijven een label geven. Maar dan moeten ze wel alle bossen herstellen die ze tussen 1994 en 2020 hebben gekapt. Om het begeerde FSC-label te krijgen moeten ze ook gemeenschappen vergoeden die schade hebben geleden van de ontbossing.
Ecolabels op etenswaren missen hun doel niet. Mensen maken sneller een milieuvriendelijke keuze als een goede ecoscore hen toelacht, stelt onderzoek van de universiteit van Bristol.
Een grootschalige studie van 47 soorten apen en lemuren toont aan dat klimaatverandering en ontbossing de boombewoners steeds vaker naar de grond drijven. Daar lopen ze groter risico, onder meer door een gebrek aan nestplaatsen en geschikt voedsel.
De populaties van wilde dieren zijn tussen 1970 en 2018 met gemiddeld 69 procent achteruitgegaan. Dat blijkt uit een omvangrijk rapport door het Wereldnatuurfonds en de Zoological Society of London.
Er rammelt nogal wat aan de vrijwillige klimaatinspanningen van de acht grootste Europese vliegmaatschappijen. Nieuw onderzoek spreekt onder meer van misleidende beweringen, te grote afhankelijkheid van bedenkelijke koolstofcompensaties en veel te lage kosten voor een ton CO2.