Hulporganisaties vrezen voor humanitaire crisis aan Turks-Syrische grens

Artsen zonder Grenzen, Human Rights Watch (HRW) en verschillende andere humanitaire organisaties waarschuwen voor een nieuwe massale vluchtelingenstroom en voor IS-strijders die gebruik zouden kunnen maken van de chaos om onder de radar te verdwijnen of zich opnieuw te groeperen.

Na de controversiële beslissing van VS-president Donald Trump om de Amerikaanse troepen terug te trekken, startten Turkse strijdkrachten gisteren (woensdag) een aanval op Noordoost-Syrië. Ze willen Koerdische militanten in de regio verdrijven en een doorgang maken voor de terugkeer van Syrische vluchtelingen die momenteel in Turkije verblijven.  

Mensen vluchten

Teams van Artsen zonder Grenzen “staan paraat om medische hulp toe te dienen. Ze bereiden zich voor op een mogelijke toename van gewonden als gevolg van de Turkse aanval”, zei de hulporganisatie gisteren in een verklaring. “We zien mensen die hun verblijfplaatsen in de grensstreek ontvluchten en we zijn uiterst bezorgd dat de militaire interventie de veiligheid en het welzijn van het Syrische volk zal bedreigen”.

De militaire operaties tegen de Koerdische strijders zijn gestart met hevige luchtaanvallen op het Syrische grensdorp Ras al Ain. Ondertussen rukten tanks en strijdkrachten met ander zwaar artillerie op, met het oog op een bredere aanval.

VN-woordvoerder Farhan Haq zegt dat de hulporganisaties er bij de strijdkrachten op aandringen om de grens tussen Turkije en Syrië open te houden, zodat vrachtwagens met voedsel, medicijnen en ander materiaal gemakkelijk eventuele slachtoffers kunnen bereiken.

Conflictregio

Ankara wil naar eigen zeggen een “veilige zone” creëren zodat de miljoenen vluchtelingen naar hun thuisland kunnen terugkeren. Het wil met de aanval een einde maken aan de “terreurzone” aan de zuidelijke grens van Turkije.

Turkije had deze plannen al kenbaar gemaakt van zodra Trump zijn troepen begon terug te trekken, een bevel dat ook in Washington veel kritiek oogste en door sommigen gezien wordt als verraad ten aanzien van de Koerden, een bondgenoot van Amerika.

Eric Schwartz, de voorzitter van hulporganisatie Refugees International, was vernietigend voor de plotse beleidsverandering van Trump en noemde de aanval van Turks president Recep Tayyip Erdogan “ronduit onverantwoordelijk” en “bijzonder levensbedreigend” voor veel mensen in de regio.

“De beslissing van Trump om Turkije groen licht te geven voor een invasie in Noordoost-Syrië kan enorme humanitaire gevolgen hebben”, zei Schwartz.

“Het zal een nieuwe bron zijn van conflict in een regio die al in de greep van geweld zit. Honderdduizenden burgers zullen opnieuw gedwongen worden om te vluchten, en waarschijnlijk zullen ook de hulporganisaties veiliger oorden moeten opzoeken, net op een moment dat ze daar het meest nodig zijn.”   

Zes miljoen burgers

Jeugdorganisatie Doz noemt het zogenaamde doel van Ankara om twee miljoen Syrische vluchtelingen uit Turkije terug te brengen naar hun thuisland een verdoken vorm van “demografische engineering en een etnische zuivering.”

In een reactie roept Doz de Europese Unie, de VN en Amerika op om er alles aan te doen “om deze oorlog te voorkomen”.  Volgens hen zal een gewelddadig conflict “onmiddellijke gevolgen hebben voor zes miljoen burgers, tot drama’s leiden en een nieuwe vluchtelingenstroom op gang brengen.”

12.000 radicale strijders

Gevechten in dit deel van Syrië zullen volgens de organisatie “IS nieuw leven inblazen” en misschien “de bevrijding van twaalfduizend radicale strijders mogelijk maken die tot nu toe gevangen zaten in de door Koerden bewaakte kampen van al-Hol en andere kampen in het noordoosten.”  

HRW zegt dat er zich onder deze vastgehouden militanten in zeven detentiekampen in het noordoosten minstens vierduizend buitenlandse strijders bevinden die nog niet naar hun land van herkomst werden gerepatrieerd.

Volgens onderzoeker Letta Tayler van HRW is er verder ook nog het probleem dat ondertussen “duizenden mensen, waaronder veel kinderen, in deze overbevolkte  kampen verblijven op verdenking van banden met IS.” Ze acht de kans klein dat onder de omstandigheden van de huidige crisis iemand snel verantwoordelijkheid zal opnemen voor deze groep mensen.