Woordenschat van peuters kleiner na corona

In en rond Utrecht loopt al sinds 2015 een onderzoek naar de ontwikkeling van kinderen, met daarin ook een taak die hun woordenschat test. Op basis van die gegevens konden wetenschappers van de Universiteit van Utrecht nagaan of de pandemie een verschil heeft gemaakt in de ontwikkeling van hun vocabulaire. 

Hoewel de ouders geen verschil merken, komt toch uit de tests naar voren dat peuters uit de hele provincie na de pandemie een iets kleinere woordenschat hadden dan peuters voor de pandemie. 

Waar 2-jarigen voor de pandemie gemiddeld 103 scoorden op de taak, was dat na de pandemie nog 99. Voor 3-jarigen daalde de score van 109 naar 104.

Minder interacties

“Op dit moment is er nog weinig bekend over de gevolgen van de coronamaatregelen op de ontwikkeling van kinderen”, schrijven de onderzoekers. “Maar uit eerder onderzoek weten we dat sociale interacties een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van taal- en sociaal-emotionele vaardigheden.”

De onderzoekers keken ook naar naar de sociaal-emotionele ontwikkeling bij kinderen van 5 maanden, 10 maanden, en 2 tot 4 jaar oud, en stellen ook daar een invloed vast.

“Baby’s hebben een tragere sociaal-emotionele ontwikkeling na de coronamaatregelen vergeleken met hun leeftijdsgenoten van voor de pandemie”, legt onderzoeker Anika van der Klis uit. 

Aangezien de eerste duizend dagen cruciaal zijn voor de ontwikkeling van kinderen, denken de onderzoekers dat de gevolgen ook op latere leeftijd een impact kunnen hebben.