Belgen weten niet dat er palmolie in hun diesel zit

Van de 4500 Europeanen die Ipsos ondervroeg, bleek 82 procent zich er helemaal niet van bewust dat diesel ook palmolie bevat. In België lag dat cijfer zelfs op 87 procent – enkel Spanje en Hongarije scoren nog een procentpunt hoger.

“De Belgische bevolking weet dat de productie van palmolie erg slecht is voor het milieu en het klimaat”, zegt Noé Lecocq van de ngo Inter-Environnement Wallonie. “Maar de meesten onder hen weten niet dat er vorig jaar 63.000 kubieke meter palmolie is verkocht in de Belgische tankstations. Eens mensen dat weten, zijn ze het erover eens dat het moet stoppen.”

Zodra de respondenten zich bewust waren van het gebruik van palmolie in diesel, bleek 69 procent gekant tegen het idee. Zo’n 14 procent blijft voorstander van palmolie en 16 procent had geen mening.

Afschaffen

Het gebruik van de palmolie is een onbedoeld gevolg van de Europese Richtlijn Hernieuwbare Energie, die vooral zonne- en windenergie moest doen groeien. Maar de richtlijn promoot ook het gebruik van voedselgewassen zoals palmolie en koolzaad als brandstof. Daardoor kon palmolie als goedkope grondstof snel aan een opmars beginnen, met desastreuse gevolgen voor het klimaat en de regenwouden in Zuidoost-Azië.

De Europese Commissie heeft tot 1 februari 2019 om een plan op te stellen om het gebruik van palmolie in biodiesel uit te faseren. #NotInMyTank, een coalitie van milieu- en transportverenigingen uit acht Europese landen, wil daarom de druk verhogen en lanceert een burgerpetitie.

“Palmolie in diesel verwerken en die vervolgens ‘groen’ of ‘bio’ noemen is verkeerd, en dat op veel verschillende vlakken”, zegt William Todts, directeur van de drukkingsgroep Transport & Environment.

“De bevolking moet er niet van weten, het Europees Parlement en de Europese ministers willen het niet, wetenschappers zeggen dat het contraproductief is … Eigenlijk wil niemand dit. De enige reden waarom het gebeurt is de oude Europese Energierichtlijn. Het goede nieuws is dat er nieuwe wetgeving op tafel ligt om dit te stoppen. De Commissie moet dit niet zien als een juridische verplichting, maar als een unieke kans om te tonen dat de EU voeling heeft met wat een grote meerderheid van de Europeanen wil.”